Artikel 3:22

Indien, bij het begin van het eerste boekjaar waarin voor een vennootschap, VZW, IVZW of stichting deze titel toepasselijk wordt, de aanschaffingswaarde van bepaalde actiefbestanddelen niet kan worden wedersamengesteld, is de aanschaffingswaarde van elk van die bestanddelen gelijk aan de waarde waarvoor ze, vóór toepassing van de desbetreffende afschrijvingen en waardeverminderingen, in de inventaris van het boekjaar tevoren voorkwamen.

De in toepassing van het vorige lid bepaalde aanschaffingswaarde:

  1. maakt in voorkomend geval, het voorwerp uit van afschrijvingen of waardeverminderingen overeenkomstig afdeling 3 van dit hoofdstuk;
  2. wordt, voor de toepassing van artikel 3:21, beschouwd als aanschaffingswaarde van de eerst ingekomen goederen.

De herwaarderingsmeerwaarden die geboekt werden voor het eerste boekjaar waarop voor een vennootschap, VZW, IVZW of stichting de bepalingen van deze titel van toepassing zijn, de kapitaalsubsidies die bekomen werden voor datzelfde boekjaar alsook de door een vennootschap ontvangen uitgiftepremies moeten in de jaarrekening slechts opgenomen worden voor zover ze nog als zodanig in de boekhouding van de vennootschap, VZW, IVZW of stichting voorkwamen op het einde van het voorafgaande boekjaar.

Zijn door een vennootschap meerwaarden geboekt tijdens een boekjaar dat voorafgaat aan het boekjaar dat ingaat na 31 december 1983, dan mogen deze meerwaarden in rubriek III “Herwaarderingsmeerwaarden” behouden blijven.