Artikel 139

De vaststelling van de waarde van het eigen vermogen van de dochteronderneming en de in artikel 137, a) bedoelde compensatie geschieden voor elke dochteronderneming op de datum waarop de aandelen zijn verworven of op een nabijzijnde datum.

Wanneer evenwel:

  1. een vennootschap voor de eerste maal een geconsolideerde jaarrekening opstelt, mag deze compensatie, ten belope van de aandelen in haar bezit op die datum, geschieden op de aanvangsdatum van het boekjaar waarop deze eerste geconsolideerde jaarrekening betrekking heeft;
  2. een dochteronderneming die vroeger niet werd geconsolideerd, noch behandeld volgens de vermogensmutatiemethode, voor de eerste maal in de consolidatie wordt opgenomen, mag deze compensatie, ten belope van de aandelen in haar bezit op die datum, geschieden op de aanvangsdatum van het boekjaar waarop de geconsolideerde jaarrekening waarin de dochteronderneming voor de eerste maal wordt opgenomen, betrekking heeft.