CBN advies 149-3 - Lijfrente gevestigd op twee hoofden 

Naar aanleiding van advies 149/1 "Goederen verworven tegen betaling van een lijfrente" (Bulletin nr. 16, april 1985, pp. 17-23) werd aan de Commissie het geval voorgelegd waarin de rente op twee hoofden is gevestigd.
 
Wanneer de rente op twee hoofden is gevestigd, is het bedrag van het kapitaal dat luidens artikel 26, § 2 van het jaarrekeningbesluit, nodig is om de rente te betalen, in beginsel verschillend van het bedrag dat nodig is ingeval de rente op één hoofd is gevestigd. Derhalve moet hiermee rekening worden gehouden, zowel bij de aanvang als in de loop van de lijfrente-overeenkomsten, om het bedrag te bepalen ten belope waarvan een voorziening moet worden gevormd of gehandhaafd. Deze voorziening moet immers overeenstemmen met het kapitaal nodig om de rente te betalen. 

Wanneer één der rechthebbenden overlijdt, verandert het risico en derhalve ook het vereiste kapitaal en de te vormen of te handhaven voorziening. Indien de gevormde voorziening het vereiste kapitaal overtreft, moet het overschot worden teruggenomen. Deze terugneming mag niet worden uitgesteld tot de langstlevende overlijdt.