COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN
CBN-advies 2017/04 – Gegeven borgtochten in contanten en effecten
Advies van 1 februari 20171
Inleiding
Aan de Commissie werd de vraag gesteld op welke rekening van het algemeen rekeningstelsel een borgverstrekker een gegeven borgtocht in effecten boekhoudkundig dient te registreren.
Daarnaast werd tevens de zienswijze van de Commissie gevraagd omtrent de boekhoudkundige verwerking van interesten2 met betrekking tot een geboekte borg op rekening 288 Borgtochten betaald in contanten en 418 Borgtochten betaald in contanten.
Conclusie
In artikel 95 van het KB W.Venn. wordt bepaald dat borgtochten dienen te worden opgenomen als deel van de financiële vaste activa indien deze borgtochten worden gestort als doorlopende waarborg. Dit impliceert dat ze duurzaam worden aangehouden.
Daarnaast, indien een borg vervalt binnen de 12 maanden lijkt het aangewezen het op te nemen op de rekening 418 Borgtochten betaald in contanten. De rekeningen 750 Opbrengsten uit financiële vaste activa en 751 Opbrengsten uit vlottende activa corresponderen respectievelijk met de rekeningen 288 Borgtochten betaald in contanten en 418 Borgtochten betaald in contanten voor de verwerking van eventuele financiële opbrengsten (interesten of dividenden).
Op de rekening 288 Borgtochten betaald in contanten en 418 Borgtochten betaald in contanten kunnen enkel, op basis van de omschrijving, borgtochten worden opgenomen die afgewikkeld worden in contanten (m.a.w. in cash). Het lijkt de Commissie niet aangewezen om een aparte rubriek te voorzien voor borgtochten die worden afgewikkeld in bijvoorbeeld effecten; vandaar zal de Commissie op een gepast ogenblik aan de Regering voorstellen om de omschrijving van de rekeningen 288 Borgtochten betaald in contanten en 418 Borgtochten betaald in contanten op passende wijze aan te passen. Borgverstrekkers die reeds op heden worden geconfronteerd met de problematiek van gegeven borgtochten in effecten kunnen hiervoor de rekeningen 288 en 418 gebruiken.